‘Chinese fabrikanten moeten winst gaan maken’
Terwijl de markt op een prijsdaling zit te wachten heeft de Chinese overheid een opvallende mededeling gedaan aan zijn PV-fabrikanten. Waar bedrijven altijd werden gestimuleerd om onder de kostprijs te produceren, heeft de overheid nu tegen fabrikanten gezegd dat het tijd wordt om winst te gaan maken, dat meldt Gerard Scheper, CEO van European Solar. “Dat is echt een behoorlijke verschuiving.”
Het succesverhaal van de Chinese zonne-energiesector is inmiddels bekend. Mede dankzij forse overheidssteun kon de sector uitgroeien tot de grootste producent van zonnepanelen en vrijwel alle onderdelen en materialen die nodig zijn om zonnepanelen te produceren.
Door de overheidssteun konden Chinese partijen onder de kostprijs produceren. Hierdoor ontstond een enorm concurrentievoordeel waardoor Chinese bedrijven hun achterstand in een moordend tempo om konden buigen in dominante marktposities.
“Dat is nu afgelopen”, stelt Scheper. “De overheid wil dat deze bedrijven normale winsten gaan maken. Ze geven eigenlijk het signaal dat de sector nu volwassen genoeg is om op eigen benen te gaan staan.”
Voor fabrikanten zal dit een intensivering betekenen van de onderlinge concurrentie en de invloed van vraag en aanbod. “Op dit moment zijn alle prijzen nagenoeg gelijk en hebben fabrikanten vaak zelfs reservecapaciteit bij elkaars fabrieken afgesproken. Er gaat dus echt wel wat veranderen.”
Toch verwacht hij niet dat dit een enorm effect op de prijzen zal hebben op korte termijn. “De concurrentie zal in eerste instantie vooral intensiveren in het werven van personeel en de gewenste marktpositie en -dekking.”
Chinese fabrikanten schakelen door naar nieuwe technieken
Ondertussen is de gehele zonne-energiesector in afwachting van de verwachte prijsdalingen. Waarom is iedereen er eigenlijk zo van overtuigd dat die prijsdalingen eraan zullen komen?
“Polysilicium zit in een opgeblazen prijsbubbel”, ziet Scheper. “Op dit moment is er een productievermogen van ruim 200 gigawatt, dat is meer dan er wereldwijd nodig is. In elk economisch model gaat de prijs dalen als het aanbod te groot is.”
Daar komt nog bij dat de vraag naar polysilicium naar verwachting verder zal dalen in de komende maanden. De technologische ontwikkeling van zonnepanelen schiet vooruit en de grote fabrikanten kijken al naar nieuwe type panelen waarin minder polysilicium wordt verwerkt.
“De vijf grootste Chinese fabrikanten zijn met twee nieuwe technieken bezig, de zogeheten TOPCon- en heterojunction technologie (HJT). Zij zijn nu al bezig met het nieuwe machines en het opbouwen van productiecapaciteit. Voor het einde van het jaar worden ze al als massaproduct verwacht.”
Hoewel de technieken erg van elkaar verschillen, is er voor beide minder polysilicium nodig. “TOPCon (N-Type) lijkt de beste kans te maken en het meest volwassen als technologie. Het biedt een hogere paneelefficiëntie, lagere temperatuurscoëfficiëntie en een hoger wattpiekvermogen. Met als uiteindelijk resultaat: een hoger rendement per vierkante meter.”
Lees ook: Jinko Solar: ‘In 2030 is het N-type zonnepaneel dominant’
“De productiecapaciteit is in transformatie. In de tussentijd moet er geproduceerd blijven worden, waardoor vraag en aanbod van polysilicium nu nog in evenwicht is. Als die transformatie is voltooid zal de vraag naar polysilicium afnemen en de prijs dalen.”
‘Geleidelijke prijsdalingen zijn het meest waarschijnlijk’
Over de manier waarop de prijsdalingen eruit gaan zien bestaat volgens Scheper geen consensus. “Er zijn drie voorspelde modellen. In het eerste model gaan de prijzen vanaf het tweede kwartaal geleidelijk naar beneden tot een prijspeil van ongeveer 0,25 euro per wattpiek.”
Dit scenario wordt door de meeste analisten als het meest waarschijnlijke gezien, maar er zijn meer mogelijkheden. “In het tweede model blijven de prijzen op het huidige hoge niveau in het tweede kwartaal, om in het derde kwartaal fors te dalen. Het derde model gaat uit van een flinke prijsdaling op korte termijn, maar een gecontroleerde prijsdaling is mede vanwege Chinese overheidsbemoeienis het meest waarschijnlijke.”
Zoals met alle economische modellen blijven het voorspelde verwachtingen. Zo blijven er onzekere factoren bestaan, zo weet Scheper ook. De Russische invasie in Oekraïne raakt de zonne-energiesector niet rechtstreeks, maar oorlog is nou eenmaal altijd slecht voor de economie.
Daarnaast zijn er nog verschillende kortetermijneffecten waarvan duidelijk is dat ze impact hebben, maar niet hoeveel. Zo heeft China weliswaar minder last van hoge energieprijzen, maar ook daar zijn de effecten merkbaar. Ook worden transporteurs gevraagd met kleinere containers te werken, omdat er een tekort is van de grotere formaten.
“Hetzelfde geldt eigenlijk voor wafers en zonnecellen. Het gebeurt regelmatig dat de productie verschuift naar kleinere modules omdat de grotere wafers en cellen minder goed leverbaar zijn. En dan blijft ten slotte ook de onzekerheid rondom COVID. In China komt het nog steeds voor dat steden volledig in quarantaine moeten bij een lokale uitbraak.”
Ondanks alle onzekerheden en knelpunten verwacht Scheper niet dat er op korte termijn grote verschuivingen aan zitten te komen. “De grote fabrikanten nemen de huidige hoge prijzen ter kennisgeving aan en rekenen het niet door in de kostprijs. Uiteindelijk willen zij hun prijzen ook niet te vaak aanpassen en liggen de prijzen nu zo ver boven wat marktconform is, dat een daling vrijwel onontkoombaar is.”